Tentoonstelling van zeldzaam Inca-textiel uit de precolumbiaanse tijd
Het Museum Kunst & Geschiedenis (voorheen het Jubelparkmuseum) heeft momenteel een grote tentoonstelling over de precolumbiaanse textielkunst der Inca’s. Behalve textiel zijn er ook prachtige ornamenten en sieraden te zien. De tentoonstelling is tot 24 maart 2019 te zien.

Textiel in de precolumbiaanse tijd
Textiel diende natuurlijk voor het maken van kleding en om de muren in bepaalde woningen te bekleden, maar het was bij de Inca’s bovenal een teken van rijkdom. Het werd beschouwd als een waardevol bezit dat stond voor financiële welstand. Het was dan ook een geliefd geschenk bij diplomatieke uitwisselingen of bij offerandes aan de goden. De eerste Spaanse ontdekkingsreizigers hadden meteen grote bewondering voor de kwaliteit van de textielproductie en maakten geregeld de vergelijking met de Europese zijdeweefsels.
De stoffen ontleenden hun waarde niet zozeer aan de snit, die door het gebruikte type weefgetouw noodgedwongen eenvoudig bleef, maar aan de kwaliteit van de vezels, de rijkelijke decoratie en de diversiteit van kleuren en gebruikte symbolen. De drager van een kledingstuk gaf hiermee te kennen wat zijn sociale positie was en tot welke groep hij behoorde. Hij bracht ook een religieuze boodschap over.
In tijden van conflicten vormden kledingstukken en textiel ook een begeerde oorlogsbuit. Krijgsgevangenen werden van hun kledij ontdaan als teken van onderwerping en vernedering, terwijl de overwinnaar zich de kledingstukken toeëigende of aan de goden schonk. De leider van de onderworpen groep werd verplicht dezelfde kleding als de overwinnaar aan te trekken ten teken van zijn nieuwe ondergeschiktheid.


Weefsels in de precolumbiaanse tijd waren goederen die over grote afstand circuleerden. Via diplomatieke weg of door veroveringen konden textielweefsels, veel meer dan aardewerk, soms grote afstanden afleggen. Dit maakt het toewijzen van bepaalde archeologische stukken aan de juiste cultuur niet eenvoudig.
De textielweefkunst doet zijn intrede in de Andes aan het begin van het 6de millennium BCE, nog voor men er aardewerk produceert en de metallurgie beheerst. Gedurende de vele eeuwen die voorafgaan aan de komst van de Europeanen zal ze voortdurend onderhevig zijn aan vernieuwing en technische verfijning.

Textiel als een verheven kunstvorm
In tegenstelling tot vele andere beschavingen, zagen de Andesculturen textiel als een van de hogere kunsten, in die mate zelfs dat het textiel, met zijn maakproces en iconografie, andere kunstvormen zoals ceramiek en architectuur heeft beïnvloed. We weten eveneens dat textiel een belangrijke symbolische en sacrale betekenis had. Zo zijn er ‘offers’ bekend van weefsels die men in brand stak om de goden te behagen. Belangrijke overledenen werden letterlijk ingepakt in meerdere, soms tot twaalf, lagen textiel.
De teksten van de eerste Spanjaarden lichten ons eveneens in over de sterke controle die de Inca-vorst uitoefende over de grondstoffen zoals katoen en wol. Hij beschikte ook over spinnerijen en textielateliers die voor zijn rekening werkten en die de allerfijnste weefsels produceerden met een iconografie waarin hij als heerser werd afgebeeld. Het ging dan ook om een hogere hofkunst die gebonden was aan heel strikte regels.

Inca-textiel nauwelijks bekend
Terwijl we de verschillende samenlevingen in de Andes (Peru, Bolivia en Chili) goed kennen aan de hand van hun aardewerk, metaalproductie en mummies, heeft men een minder duidelijk beeld van de wijze waarop de bewoners van de Andes leefden en gekleed waren. Welke vezels gebruikten ze? Over welke kleurstoffen beschikten ze? Hoe werden de weefsels vervaardigd? Wat droegen ze aan hun voeten?

Deze tentoonstelling is een gelegenheid om kennis te maken met de prachtige weefsels, de vernuftigheid van bepaalde motieven en de schitterende, bonte kleuren die de stoffen en veren uit de precolumbiaanse periode (de periode voor de ‘ontdekking’ van Amerika) tot op heden behielden. Het Museum Kunst & Geschiedenis wilde Andesbewoners van toen als het ware ‘aankleden’ door hun garderobe (schoeisel, kleding, haartooi en sieraden) tentoon te stellen en hen aan de bezoekers voor te stellen in hun dagelijkse bezigheden. Met dit doel voor ogen is de tentoonstelling in drie delen opgesplitst.
Materialen, technieken, omstandigheden
In het eerste deel wordt informatie aangereikt die nodig is om een juist inzicht te krijgen in de kwaliteit van de voorwerpen en om ze naar waarde te schatten. Het museum geeft uitleg bij de verschillende beschikbare vezels, kleurstoffen en de manier waarop de draden voor het weven werden verkregen. Er zal een katoenveld te zien zijn, evenals opgezette lama’s en alpaca’s en balen wol die de bezoekers mogen aanraken. Verder wordt de manier waarop weefsels werden gemaakt getoond, welke soorten weefsel er toen bestonden en op welke manier men ze versierde. Ook de tijdslijn en de geografie van de Andes worden hier voorgesteld, wat een goede inleiding is voor het tweede deel van de tentoonstelling.


Eenheid en verdeeldheid wisselen elkaar af
In dit deel, het corpus van de tentoonstelling, worden de verschillende producties van textiel, sieraden en tooi uit de Andes voorgesteld in chronologische en geografische volgorde. De expositie toont ongeveer tweehonderd objecten, waaronder een aantal bijzonder goed geconserveerde voorwerpen en topstukken uit verschillende Europese musea en privéverzamelingen. De chronologie van Peru is opgebouwd uit periodes die men ‘Horizon’ en ‘Tussenperiode’ noemt. Een Horizon is een periode waarin de macht en invloedssfeer van een bepaalde beschaving zich over heel Peru uitstrekt. In de zogenaamde Tussenperiodes leven meerdere beschavingen met hun regionale kenmerken en verscheidenheid naast elkaar. Met andere woorden: in de vroege Peruaanse geschiedenis wisselen periodes van betrekkelijke culturele eenheid (Horizon) af met periodes van grote regionale diversiteit (Tussenperiode). Deze Tussenperiodes zijn gekenmerkt door een opeenvolging van kleine koninkrijken die zich uitstrekken van noord naar zuid.

De koloniale en postkoloniale periode
Het derde en laatste deel van de tentoonstelling is gewijd aan het textiel en de tooi uit de koloniale en postkoloniale periode. Hier wordt vooral de voortzetting van de precolumbiaanse traditie belicht. De Europeanen arriveren in 1521 in het huidige Peru en zullen de gewoontes en gebruiken van de volkeren die er leven grondig doen veranderen. Her en der vinden gevechten plaats, waarbij twee verschillende beschavingen, ook op gebied van bewapening, oog in oog komen te staan. Er volgt een lange overgangsperiode van kruisbestuiving tussen de culturen, wat zich ook zal uiten in de kunstproductie en in de kleding. De handwevers van vandaag weven nog steeds op de traditionele manier en maken gebruik van eeuwenoude motieven. De prachtige verzameling weefsels en kledij uit de jaren 1940, die de Koninklijke Musea van Kunst en Geschiedenis bezitten, wordt hier getoond. Het is een van de oudste en rijkste etnografische collecties die bekend is en die jammer genoeg slechts zelden voor het publiek te zien is.
Openingstijden
Dinsdag t/m vrijdag 9.30 – 17.00 uur
Zaterdag en zondag 10.00 – 17.00 uur

















